Onrechtmatige afsluiting van een openbare weg? Let op met de handhavingsgrondslag

Geschreven door Anke Nijenhuis
9 september 2021

Tegen de onrechtmatige afsluiting van een openbare weg kan handhavend worden opgetreden. Maar let hierbij op. Handhavend optreden tegen een onrechtmatige afsluiting van een openbare weg moet, plaatsvinden op grond van de APV (of Verordening fysieke leefomgeving). Handhaving is niet mogelijk op grond van de Wegenwet zelf. U kunt handhaving aanvechten als gebruik is gemaakt van de verkeerde handhavingsgrondslag. Is de openbare weg onrechtmatig afgesloten? Let dan op de handhavingsgrondslag. In dit artikel leg ik uit hoe handhaving wél moet worden ingestoken.

Grondslag voor handhaving

De wettelijke grondslag voor handhavend optreden door een gemeente tegen de onrechtmatige afsluiting van een openbare weg, volgt niet uit de Wegenwet zelf. Dit heeft de Raad van State onder andere bepaald in de uitspraak van 1 juli 2009. In die uitspraak gaat het om de vraag of de onderhoudsplicht uit artikel 16 Wegenwet een grondslag voor handhaving kan bieden. De Raad van State beantwoordt deze vraag negatief en zegt:

‘’(…),heeft de rechtbank terecht overwogen dat de wettelijke grondslag voor de bevoegdheid om handhavend op te treden indien de openbaarheid van wegen wordt belemmerd, niet is gelegen in artikel 16 van de Wegenwet. Dit artikel legt op de gemeente een algemene plicht om te zorgen dat wegen in goede staat verkeren en houdt geen afdwingbaar verbod of gebod in ten aanzien van de openbaarheid van wegen.’’

Grondslag in APV

Bovendien zegt de Raad van State dat de Wegenwet geen ander artikel bevat die wel kan worden gebruikt als grondslag voor handhaving. Deze grondslag moet dus ergens anders worden gezocht. De Raad van State geeft hierbij ook direct aan dat deze in de APV kan worden gevonden:

‘’De rechtbank heeft terecht geoordeeld dat de wettelijke grondslag voor de bevoegdheid tot handhavend optreden op gemeentelijk niveau ter verzekering van de openbaarheid van wegen is gelegen in de desbetreffende verbodsbepaling van de APV, gelezen in samenhang met artikel 125 van de Gemeentewet.’’

De grondslag voor handhavend optreden door een gemeente moet dus uit de desbetreffende verbodsbepaling uit de eigen APV volgen. Als een gemeente gaat handhaven moet zij dus een bepaling uit haar eigen APV hieraan ten grondslag leggen.

Standaardbepaling APV

Veel gemeenten hebben hun eigen APV grotendeels ontleend aan het standaardmodel van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). Artikel 2:10 uit het standaardmodel bevat de grondslag voor handhaving tegen afsluiting van een openbare weg in de zin van de Wegenwet. Hierbij gaat het erom dat door de afsluiting de bruikbaarheid van de openbare weg wordt belemmerd. Dit artikel noemt hierbij steeds het voorbeeld van afsluiting. Echter, de openbaarheid kan ook worden belemmerd door een overhangende heg of andere voorwerpen op de weg. In dat geval is ook steeds artikel 2:10 model-APV de grondslag voor handhaving. Deze luidt:

“Het is verboden de weg of een weggedeelte anders te gebruiken dan overeenkomstig de publieke functie daarvan, indien:

  1. het gebruik schade toebrengt of kan toebrengen aan de weg, de bruikbaarheid van de weg belemmert of kan belemmeren, dan wel een belemmering vormt of kan vormen voor het beheer of onderhoud van de weg;
  2. het gebruik niet voldoet aan de redelijke eisen van welstand; of
  3. het gebruik gevaar oplevert voor personen of zaken.’’

Veel gemeenten hebben dit standaardartikel overgenomen in hun APV. Het komt ook voor dat gemeenten afwijken met hun APV en bijvoorbeeld andere woorden gebruiken. Dit maakt geen verschil zolang de strekking van het artikel maar hetzelfde is.

Verordening fysieke leefomgeving

Door de komst van de nieuwe Omgevingswet verandert het omgevingsrechtelijk stelsel compleet. Hierdoor verdwijnt onder andere de APV en gaat deze op in de Verordening fysieke leefomgeving. De Verordening fysieke leefomgeving bundelt alle onderwerpen uit de fysieke leefomgeving die nu nog in verschillende verordeningen zijn geregeld. Niet alleen de APV gaat hierin op, maar bijvoorbeeld ook de gemeentelijke bomenverordening en marktverordening. Diverse gemeenten hebben al een Verordening fysieke leefomgeving opgesteld. Die gemeenten moeten dus ook handhaven op grond van hun Verordening fysieke leefomgeving, en niet op grond van de Wegenwet.

Opstarten handhaving

Handhaving kan worden opgestart op initiatief van de gemeente of op verzoek van een belanghebbende. Iemand moet belanghebbende zijn om de gemeente te kunnen verzoeken om tot handhaving over te gaan als de eigenaar een openbare weg afsluit. In dit artikel leggen wij uit wanneer iemand een belanghebbende is in de zin van de Wegenwet en dus de gemeente kan verzoeken tot handhavend optreden bij een onrechtmatige afsluiting van een openbare weg.

Beschadigen en veranderen openbare weg

Behalve optreden tegen onrechtmatige afsluiting van een weg kan ook handhavend worden opgetreden tegen het beschadigen of veranderen van een openbare weg. Ook het opbreken van verharding van een openbare weg kan hieronder vallen. In dat geval volgt de handhavingsgrondslag ook uit de APV (of Verordening fysieke leefomgeving). Vaak volgt deze dan uit artikel 2:11 van de model-APV. In dit artikel leg ik dit verder uit aan de hand van een recente uitspraak van de Raad van State hierover.

Onderhoud van een openbare weg

Naast handhavend optreden tegen afsluitingen, beschadigingen of veranderingen van een openbare weg, is het ook mogelijk om op te komen tegen onvoldoende onderhoud van een openbare weg. In dat geval volgt er geen handhavingsgrondslag uit de APV (of Verordening fysieke leefomgeving). In dat geval volgt de handhavingsgrondslag artikel 6:174 BW. Dit heeft de Raad van State bepaald in de uitspraak van 14 september 2011 (ECLI:NL:RVS:2011:BS8863). Op grond van dit artikel kan diegene met de onderhoudsplicht worden aangesproken bij onvoldoende onderhoud. Vaak zal de onderhoudsplicht rusten op de gemeente als wegbeheerder. Op de gemeente als wegbeheerder rust een risicoaansprakelijkheid op grond van artikel 6:174 lid 2 BW in verbinding met artikel 16 Wegenwet. Voor het aansprakelijk stellen van de wegbeheerder voor schade ten gevolge van een ‘onvoldoende onderhouden weg’ gelden diverse vereisten. In dit artikel leg ik deze vereisten uit. Deze route loopt dus niet via de bestuursrechter, maar via de burgerlijke rechter. Dit betekent dat deze route ook helemaal los staat van handhaving.

Advies

Samengevat kan men dus optreden tegen:

  • een afsluiting, een overhangende haag of een ander voorwerp op een openbare weg waardoor de openbaarheid wordt belemmerd op grond van artikel 2:10 model-APV (of Verordening fysieke leefomgeving);
  • het beschadigen, veranderen of opbreken van een openbare weg op grond van artikel 2:11 model-APV (of Verordening fysieke leefomgeving); en
  • onvoldoende onderhoud van een openbare weg op grond van artikel 6:174 BW.

Een verkeerde handhavingsgrondslag zorgt ervoor dat de handhaving is aan te vechten. Openbare weg onrechtmatig afgesloten? Let dus op met de handhavingsgrondslag. Handhavend optreden tegen een onrechtmatige afsluiting van een openbare weg moet plaatsvinden op grond van de APV (of Verordening fysieke leefomgeving). Wilt u meer weten over hoe u handhaving bij openbare wegen moet vormgeven of hoe u dit kunt aanvechten? Neem gerust contact met mij op. U kunt mij of mailen. Ik kijk dan graag even – geheel vrijblijvend – met u mee.

LiebregtsLeistra

Waar kunnen we u mee helpen?

Contact